Ontzetting is de vierde maar ook de zwaarste kinderbeschermingsmaatregel die genomen kan worden. Deze maatregel heeft een gedwongen karakter.

De gronden voor ontzetting van een ouder uit het ouderlijk gezag zijn:

  • Misbruik van het gezag gepleegd door de ouder(s);
  • Grove verwaarlozing van de verzorging en opvoeding van één of meer kinderen;
  • Slecht levensgedrag van de ouder(s).

Ontzetting uit het ouderlijke gezag kan worden aangevraagd door de andere ouder, familieleden, het Openbaar Ministerie, de Directie Voogdijraad of de opvoeder.